Fantastische Vertellingen, nr. 40, jrg. 37/17, december 2016
Artikelnummer: | FV-40 |
Beschikbaarheid: | Op voorraad |
Levertijd: | binnen enkele werkdagen |
U kunt kiezen uit de aanschaf van een exemplaar van dit nummer (zie hieronder), of de aanschaf van een abonnement van vier (of acht) nummers (Belangstelling? Klik dan HIER voor een Nederlands afleveradres of HIER voor een Belgisch afleveradres).
Wanneer u een abonnement voor vier of acht nummers afsluit, bent u per nummer veel voordeliger uit dan bij het aanschaffen van losse tijdschriften. Bovendien is bij dat abonnement de toezending van het (onregelmatig verschijnende) periodiek Tjonge inbegrepen. Tjonge is het kleinste tijdschrift van Europa.
Meyvistisch Melodrama (van nummer 40)
De goede kennis meende dat oprecht. En natuurlijk had hij ook heus wel een punt. Het was ook inderdaad bijna niet op te brengen: de redacteur uithangen, stapels ingezonden materiaal beoordelen (voorzover je daarvoor bent toegerust, als goedwillende, maar notoir onwetende amateur), dagelijks enige tientallen e-mailtjes beantwoorden, een stevige academische studie doorlopen, daarnaast een fulltime-baan en tot overmaat van ramp ook in de vrije tijd nog van alles erbij ‘beunen’ om de kosten van je liefhebberijen, waaronder (maar niet beperkt tot) boekjes uitgeven, dinges-doen met computers en andere dure electronica, frequent bordeelbezoek, het bijdragen aan bioscoopslijtage, drank, de voorraad snuif et cetera te kunnen dragen.
Ik reageerde met mijn persoonlijke, vaste strofe: ‘Ach, we sukkelen maar door, hè.’ Krachteloos geworden door overmatig gebruik, maar adequaat voor het smoren van allerlei verstandigs dat omstanders te berde plegen te brengen. Raadgevingen waar je liever niet al te lang bij stil wilt staan. In gedachten ben je alweer bezig met het sinterklaasfeest, dat de goegemeente van je gezin toch blieft te vieren, de kerstdagen, die daar vrijwel onmiddellijk achteraan komen en de verjaardagen van je kroost, die tussen de eerder genoemde twee tradities bekneld geraakten. Om nog maar te zwijgen over je eigen jaardag. Het is op die manier beschouwd eigenlijk wel een verademing dat de pijler van het gezin, de moeder dus, haar verjaardag in een ander tijd-divituüm viert.
Als er dan, volgens Henk Huiskamp, naast de eerste, tweede en derde, ook een vierde wijze op de proppen komt (zie p5), pleit je jezelf gelukkig met je opmerkzaamheid. Want dit verstandige heerschap wordt door alle geschiedschrijvingen (behalve dan de apocriefe) volstrekt veronachtzaamd. Daar is zelfs geen enkele Bemd & Blom (zie p10) tegen opgewassen. Gelukkig hebben we de ultieme wijze (Jaap Boekestein) ook in ons midden. Aan hem is in september van het Trumpiaanse jaar 2016 zeer terecht de Bemoste Beeld-prijs uitgereikt (zie p11). Waarbij Paul van Leeuwenkamp in dat verband een gloedvol betoog hield, dat integraal in dit periodiek is opgenomen. Zoals dat een actueel kerstverhaal betaamt, kwamen ook hier, in het scharlaken Amsterdamse, in het vooruitzicht van de nakende herfstkou, enige fantastische herders in aanraking met deze grote en van schrijfervaring vervulde richtinggever.
Uit de aard der zaak maken we zo rond de dagen van het kerstfeest moeiteloos plek vrij voor een vlucht engelen en de in de verre stad Bethlehem geboren kindekes, al gebeurt dat in het verhaal van Leo Mesman (zie p17) op een andere manier dan in de eucharistie gebruikelijk.
Frustrerend is het te constateren dat charlatans blijkbaar vrijelijk in de gelegenheid worden gesteld boeken te “recenseren” en daartoe kunnen bogen op een via het wereldwijze web breed toegankelijk platform. Paul van Leeuwenkamp bericht daarover (zie p20). Het zal menigeen als een ogenschijnlijk gezaghebbende en betrouwbare instantie voorkomen, maar dat is het dus niet. Dergelijke “recensenten” worden in de praktijk namelijk niet gehinderd door enige kennis terzake het besprokene. Ze debiteren dientengevolge ongestraft en onbekommerd de ene na de andere groteske domheid en onjuistheid – daarmee veel zinloze en langdurig woekerende schade berokkenend aan objecten, die fortuinlijker en bovenal rechtvaardiger oordelen verdienen.
In de decembermaand geven we ons en masse over aan schranspartijen, de stroming van het Metabolisme waardig en in overeenstemming met het Manifest. Een inkijkje in de bron van deze artistieke levensvisie, die zowaar zelfs de consumptie van het eigen vlees niet uit de weg gaat, biedt ons Rob Geukens (zie p26). Dit lezende kan je slechts concluderen dat het nog uitkijken is, gezien de copieuze kerst- en nieuwjaarsgelagen!
Daartegen helpt zelfs niet bescherming die de draak van Tim ter Wal (zie p49) ons biedt. Alleen enige (toekomst) romantiek biedt soelaas. Gelukkig voorziet Benne van der Velde daarin (zie p50) ruimschoots.
Wat is er in december uiteindelijk actueler dan de wederopstanding, oftewel reïncarnatie? Daarom kwam het mij passend voor het verhaal van Tom Schoonbaert (zie p68) in dit nummer van uw lijfblad op te nemen.
En we eindigen met een korte persoonlijke annotatie (zie p97) over eenieder, die in dit periodiek een plekje toebedeeld kreeg. Zoals van de illustratoren Ingrid Heit, die het omslagontwerp vervaardigde op basis van een illustratie van Daniëlle Futselaar. En naar aanleiding van diverse illustraties van gedenkwaardige lieden zoals Fred Hemmes, Gert-Jan van den Bemd, Oxana Langbeen en Marten Blom.
Ik wens u veel leesplezier toe!
Remco Meisner
Fantastische Vertellingen; nr. 40; december 2016; ISSN 0167-8132; 103blz.; A5-formaat; volledig in kleur; uitg. Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw Vennep; losse nrs. €7,95; omslagill. Daniëlle Futselaar
FV: | tijdschrift, A5-formaat, kleuromslag, geheel in kleur, ISSN 0167-8132, gebonden |
De cover van dit kerstnummer is mysterieus en sfeervol. De vierde wijze en Een vallei te ver: leuke verhalen die passen in deze tijd van het jaar. Het metabolisch manifest is een intrigerende vertelling met een bizarre plotwending en Zielenroerselen vind ik een prachtverhaal. Simon Gurk is een vlot geschreven vertelling, maar de stijl doet me aan jeugdboek denken en ik vind dat de plot meer drama kan gebruiken.
Al met al vier sterren voor dit mooi vormgegeven nummer. Ik kijk uit naar het volgende.
Weer erg genoten van deze nieuwe editie van Fantastische Vertellingen. Zoals altijd biedt het tijdschrift een mooie mix van verhalen, sommige meer naar fantasy neigend, andere naar SF, en dan nog recensies (van recensies dit keer) en afbeeldingen. Ik vond het verhaal Simon Gurk een beetje tegenvallen. De schrijfstijl deed aan een jeugdboek denken (hoewel de gebeurtenissen vrij gruwelijk waren), en het einde bevatte geen twist of wending die ik wel verwacht had gezien de plek waar het zich afspeelde. Nu was het voor mijn gevoel een beetje een nachtkaars. Van Het Metabolisch Manifest heb ik dan wel weer genoten - vol wendingen die ik niet zag aankomen! En ook van het verhaal van Tom Schoonbaert, dat ik heel goed geschreven vond, dat mooi gebruik maakte van suggestie, een paar mooie gedichten bevatte en mooi eindigde - waarbij (in elk geval voor mij) nog wel wat vragen open bleven. Dat maakte het echter geen minder verhaal. De kerstverhalen vond ik ook mooi (om De Vierde Wijze moest ik wel glimlachen, aangezien ik zelf ook uit een christelijke traditie stam en veel herkende). Er was wat ophef over de recensie van de recensie. Nu was de Hebban-recensie qua sterren niet heel negatief (drie sterren is heel aardig voor een bundel met diverse auteurs) maar op de tekst ervan had ik ook wat aan te merken (maar goed, het voelde ook alsof mijn verhaal (dat met de robots) werd afgekraakt, omdat 'daar niks nieuws mee kon worden gedaan'). Duidelijk geen SF-liefhebber. Het ware eerlijk geweest als ze dat gewoon had gezegd. En je kunt een recensie, zoals die op Hebban, ook zien als een tot dialoog oproepend stuk tekst, en dus is discussie erover helemaal niet erg! Waarom zou je wel over een boek mogen discussiëren en niet over een recensie? Maar goed, vind je dat niet, dan kun je er makkelijk omheen lezen.
Weer een mooie collage. Korte verhalen van goede kwaliteit, al vond ik het verhaal Simon Gurk wat pretentieloos romantisch en met een einde dat mij enigszins overviel. (Maar ach: waarom zou daar wat mis mee zijn?) Zielenroerselen vond ik erg leuk om te lezen, want dat gaat verder dan "zomaar" een fantastisch verhaaltje dankzij het aanstippen van het een en ander op een wijze die je elders niet vaak ziet. En gelardeerd met poëzie, wat het geheel verrijkt.
Goed dat die rede bij het uitreiken van de Bemoste Beeld-prijs erin staat. Leuk om te lezen hoe (terecht) winnaar Jaap Boekestein in het zonnetje wordt gezet. We mogen best wat vaker veren in de kont van sympathieke en getalenteerde schrijvers (en ook: kunstenaars! niet vergeten!) steken. De cartoons zijn geinig, maar dat moet misschien nog wat verder ontwikkelen. Wel een leuk idee.
Ik zag dat er veel bombarie ontstond over de gerecenseerde recensie, waarbij (op de sociale media) al kort nadien weer veel standpunten (Ik vind dit, Ik vind dat) worden verkondigd zonder die te onderbouwen. Ik vond het een evenwichtige tekst, waarbij geen onredelijke kritiek wordt geuit. Het verbaast me dat iedereen het blijkbaar OK vindt wanneer iemand ongefundeerde kritiek uit, terwijl het dan ineens weer wèl fout wordt gevonden als het bekritiseerde object daar weloverwogen en met feiten onderbouwd op reageert. Wat mij betreft mag er best wat vaker iets geschreven worden over wat we van het een of ander denken. Mits goed onderbouwd en niet kwetsend (dat is nergens voor nodig). Doe het goed en netjes, dus: doe het zoals in dit nummer van FV gebeurde.
De draak van Tim van der Wal vind ik slecht uit de verf komen. Ik denk dat het origineel heel groot was. Daar blijft uiteindelijk toch niet echt genoeg van "over" op A5-formaat, vind ikzelf.
Prachtig omslagje natuurlijk. Dat is Daniëlle wel toevertrouwd. Het zou wel leuk zijn wanneer er weer eens een wat nieuwer, onbekender talent aan bod mag komen. Daar is het blad toch eigenlijk (ook) voor bedoeld, dacht ik.
Ik kijk alweer uit naar het volgende nummer! Doe zo voort!