Fantastische Vertellingen, nr. 51, jrg. 40, september 2019

Fantastische Vertellingen heeft sinds de wederopstanding van het tijdschrift een belangrijke plek verworven in het Nederlandstalige genrelandschap, en sinds het verdwijnen van Pure Fantasy fungeren FV en Ganymedes steeds duidelijker als kern van de serieuze schrijvers van fantastische verhelen (vooral als het wat kortere verhalen betreft), door niet alleen publicatiemogelijkheden te bieden voor fictie, diepgaande inhoudelijke recensies maar ook de mogelijkheid elkaar fysiek te ontmoeten op de terdoopbestellingen van Ganymedes. Verder blijft de verbinding met de geschiedenis van het fantastische genre in ons taalgebied in stand, bijvoorbeeld door het fantastische idee van Ganymedes 12. Ik word door de producten van de stichting steevast geïnspireerd en dat was met de nieuwste editie van Fantastische Vertellingen niet anders. Natuurlijk keek ik erg naar het verschijnen van dit tijdschrift uit omdat ik er zelf ook aan had bijgedragen, met twee recensies, een essay getiteld 'Wat is goede science fiction?' en drie stripjes uit mijn serie 'Schrijversperikelen'. Trots ben ik dat ik me dus nu ook gepubliceerd striptekenaar mag noemen. Over mijn essay wil ik nog zeggen dat ik het misschien heb geschreven door een 'Campbelliaanse bril' en dat ik benieuwd ben of er andere definities van het SF-genre mogelijk zijn. De hernieuwde brievenrubiek 'Brief encounters' biedt wellicht plek voor een correspondentie hierover. Ik heb de gepubliceerde brieven in deze editie met plezier gelezen en moest erom glimlachen, maar ik hoop ook op wat meer inhoudelijke bijdragen ook van de nieuwe generatie auteurs. Het zou een mooie plek zijn om onze ideeën over verleden, toekomst en mogelijke ontwikkeling van ons genregebied met elkaar te delen. Over naar de rest van het tijdschrift! Dit nummer mag met recht een 'Marcel Ozymntra-special' worden genoemd, want de levendige, kleurrijke coverillustratie is van zijn hand, maar hij schreef ook twee verhalen. Een die hoorde bij de cover en een die hij ook nog eens zelf van twee illustraties had voorzien. Een vriend van mij die onlangs op bezoek was en grafisch bezig is (hij maakte de covers van mijn verhalenbundels) was erg te spreken over het kleurgebruik in Marcels illustraties. Beide verhalen bezitten een flinke dosis ironie en neigen naar satire, met een flinke knipoog. Het eerste, 'Oproep voor Mixlovendra', steekt de draak met de extreme uitingen van identiteitspolitiek (zoals die met name in de VS geuit kan worden, waarschijnlijk als contrast met het conservatieve gedachtegoed dat daar meer dan bij ons zich uit). Het was een interessante omkering en levendig beschreven. Het tweede verhaal kan worden gelezen als commentaar op klimaatverandering en de manier waarop veel mensen met irrelevante zaken bezig blijven terwijl de wereld langzaam onleefbaar wordt. De buitenaardse beschaving is fantasierijk en bevreemdend weergegeven. Frank Roger is geen onbekende voor de lezers van FV en toont opnieuw zijn talent aan in het schrijven van korte SF-verhalen. Een briljant idee eigenlijk, maar ook op een goede, originele wijze opgeschreven, waarbij alles aan het eind duidelijk wordt. Beklemmend ook. 'Mijn hemelvaart' van Robert Smets was opnieuw een satirisch verhaal over een verwisseling in het hiernamaals. Met veel humor opgeschreven en heel vermakelijk. In de mix van het tijdschrift komt de lezer ook het 'Meyvistisch Melodrama' tegen dat vergezeld van een prachtige illustratie verhaalt over de geschiedenis van dit tijdschrift. Er is ook nog een weergave van de toespraak ter gelegenheid van de uitreiking van de Bemoste Beeld-prijs aan Max Moragie, humoristisch weergegeven. Tenslotte zijn de recensies van hoge kwaliteit. Ik kreeg vooral zin om het boek van Guido Eekhout dat werd besproken te gaan bestellen. Ik heb me prima vermaakt met deze uitgave en kijk uit naar het volgende nummer!